dinsdag, november 29, 2016

Kilometer(s)

Mijn hoofd op de muziek. Mijn vingers op de tafel tikkend en wachtend. Eerder vandaag keek ik naar buiten en zojuist deed ik dat weer. Het is niet zo zeer kijken maar meer staren. De beelden die binnenkomen winnen het niet van de beelden in mijn hoofd. Gedachtes, woorden, plaatjes. Adem, ogen, warmte, geluid. De beelden zijn niet alleen beelden maar ook klanken. Gerinkel van een bel. Gehijg, gezweet.

Mijn hoofd op de muziek. Mijn vingers op de tafel tikkend en wachtend en denkend aan eerder vandaag toen ik naar buiten keek en denkend aan jaren terug toen ik naar buiten keek en wachtte op hem. Toen hij nog wachtte tot ik het tikken met mijn vingers stopte en halsoverkop de fiets pakte en reed naar hem. Toen ik reed naar anderen op mijn fiets en bijvoorbeeld een lekke band kreeg op momenten dat het niet zo goed uitkwam. Jezus, fietsen gaan altijd stuk op de slechtste momenten. En het vervelende is dat ze nooit stuk genoeg gaan om een nieuwe te moeten kopen maar wel stuk genoeg om er niet meer op te kunnen rijden naar anderen toe.

Op de fiets naar vroeger. Bellen, remmen, trappen tot in het zweet. Mijn hoofd op de muziek in mijn oren en mijn vingers geklemd om het stuur en starend naar dat rode stoplicht. Het kon niet snel genoeg groen worden. Ik kon niet snel genoeg bij jou of bij jullie zijn. Bij anderen zijn in ieder geval dan bij wie ik nu wil zijn want toen was het anders en het voelde anders en het leven was anders. Ik heb zoveel fietsen gekoesterd en fietsen versleten en een zonnige dag destijds was een andere dan nu. Een onverwachte klapband of een ketting vol van roest.

Het was niet per se de bedoeling weg te fietsen maar het moest.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten