maandag, oktober 31, 2011

Sleur

Goh, wat heeft u toch een leuke blouse aan. En die broek misstaat u ook niet, meneer! Ik wil u opeten en meenemen en al van dat soort dingen die ik wil doen als iemand stijlvol gekleed is. En pienter uit zijn doppen kijkt. Of haar doppen, in een ander geval. Maar niet de mijne want mijn wens heeft last van baardgroei, of geen last, hij heeft het mee.

Goh, meneer, wat lacht u lief of eigenlijk ‘buurman, wat doet u nu?!’. Ik durf het niet te vragen maar zou ik de was voor u mogen doen en u een pizza bezorgen op een koude winternacht? En meneer, zou ik dan zelf bij u in bed mogen kruipen? En een pizzapuntje mee mogen pikken? En naderhand uw sloffen brengen en misschien nog de ramen lappen, want ik zou dat alles voor u doen, meneer. Meneer de koekepeer!

Mijn god, wat heb je toch een leuke blouse aan, en die broek misstaat je ook niet, meneer. Ik twijfel nog over de haardracht maar dat is misschien weer anders een volgende keer. Ik wil wel voor je koken en de was graag voor je doen, maar ik heb nog steeds mijn twijfels want er is iets anders nu dan toen.

Ik breng je maar je koude pizza en sloffen tegen de kou, en besef me nog één laatste keer dat ik al jaren tegen je snauw. 

zaterdag, oktober 29, 2011

Bladerdak

Van oorsprong is een mens gemaakt om op jacht te gaan. Achter de bizons aan rennen, deze zonder enige moeite of gevoelens van harteloosheid te slachten en te villen, om vervolgens een vuurtje te maken vanuit het niets en de buit op de barbecue te gooien. Vroegâh liep de mens nakend rond zonder enige preutsheid en maakte zich vooral geen zorgen over haargroei op ongepaste plekken, of het vetpercentage in hun lichaam in verhouding tot de spiermassa. As je blind geboren was had je vette pech want dan overleefde je het waarschijnlijk niet en ook over etiquette werd geen woord gesproken want dat was allemaal nog niet uitgevonden.

Tegenwoordig is er de beschaving. Er zijn regels en rijtjeshuizen en de hond mag niet overal meer op straat poepen want dat is supersmerig. Er is bier dat zorgt voor bierbuiken en gezond voedsel is duurder dan voedsel dat volgestopt zit met E-tjes en waar de vitamine E-tjes ver te zoeken zijn.

In het bos mag je geen paddenstoel meer plukken en ook een bloemetje uit de weide is negen van de tien keer verboden, want bloemen koop je immers op de markt bij de koopman met een bierbuik en een hond die poept pal voor zijn kraam. Anders zakt de markt in en dan zijn de rapen gaar en ontstaat er crisis. Het geld is op en het geld is weg, maar gelukkig heeft iedereen zijn telefoon nog en kunnen we elkaar bereiken als het te veel wordt en we niet meer willen leven of misschien toch nog een poging doen onder de invloed van de groene thee en yoga en stiekem een berg ibuprofen. Ach, laten we dan ook nog maar kinderen nemen.

Ruilen is niet meer de gewoonte maar ik wil het je toch nog één keer vragen; als ik dit voor jou doe, wil jij dat dan voor mij doen? Ik heb stiekem herfstbladeren van de grond geraapt toen de wijkagent niet keek en een boeket gemaakt voor jou.

woensdag, oktober 26, 2011

Maffen en soezen

Ik draag graag een pyjamabroek. There. I said it. Ik draag graag een pyjamabroek.

Daar is op zich natuurlijk niets mis mee, maar het frappante aan het feit dat ik graag een pyjamabroek draag is, dat ik dat doe omdat ik me sexy voel in een pyjamabroek. Ja, je hebt me wel gehoord. Sexy.

Uiteraard is dit natuurlijk weer afhankelijk van welke pyjamabroek ik draag, want, ja, ik heb er meerdere. Ik heb de klassieke ruitjes pyjamabroek en de klassieke streepjes pyjamabroek (want deze worden beide als ‘klassieke’ pyjama broek beschouwd). Ik heb ook de badstoffen pyjamabroek en de satijnen pyjamabroek en ook nog een korte waarvan ik het stofje vrij ondefinieerbaar vind. Maar het is wel een lekker stofje. En dat is wat telt. Sexy.

Ik vind het heerlijk om, terwijl ik die pyjamabroek aanheb, gesandwiched te worden tussen mijn matras en mijn deken. Dat ik mijn blote voeten voel glijden over mijn badstoffen onderlaken en mijn satijnen dekbedhoes tussen mijn tenen kriebelt. Want onder de pyjamabroek draag ik uiteraard geen sokken. Dat is weer niet sexy.

Mijn zelfvertrouwen komt tot een hoogtepunt als ik bij die pyjamabroek ook nog mijn bril draag. En een boek lees. En dit alles terwijl ik die dingen aan heb en gesandwiched wordt tussen mijn matras en mijn deken. Ik zwijmel weg over katoen en over badstof en over streepjes, dots, lijnen, strikjes, bloemetjes en vlinders op mijn comfortabele nachtkleding. ’s Nachts droom ik over mijn verjaardag waar ik, hoe verrassend, van iedereen een nieuwe pyjamabroek krijg en de mooiste is die met de houthakkersruit. Ik huil van blijdschap, ook al heb ik ooit eens gelezen dat dit niet kan, tranen van vreugde. De tranen komen altijd met een diepere, onderliggende kutreden. Dat je iets al die tijd gemist hebt ofzo.

Maar ik huil en ik lach tegelijkertijd en ik omhels iedereen en trek alle pyjamabroeken over elkaar heen en binnen de kortste keren is er geen stukje meer van mij te zien. Nog geen stukje ongeschoren been.

We snijden een gigantische taart aan in de vorm van een pyjamabroek en ik nodig iedereen uit voor een sleep-over bij mij thuis. 

dinsdag, oktober 25, 2011

Tapas

Soms loopt bij de gedachte aan een bepaald soort voedsel het water je al in de mond. Of bij het praten over, of het weerzien van.

Dit overkomt mij als ik de koelkast opentrek en mijn emmertje knoflookolijven zie. Binnen een fractie van een seconde wordt mijn speekselaanmaak geactiveerd. Ik kan hier dan ook niet anders op reageren dan door zo’n olijf in mijn grote mond te stoppen. Of twee.

Zo kan het nog wel eens gebeuren dat ik op de meest vreemde tijden een dergelijk soort vrucht, in mijn ogen voornamelijk bedoeld als hap bij de borrel, naar binnen werk. Dit overkomt mij regelmatig zelfs nog vóór dat ik mijn ontbijt naar binnen heb gewerkt. Mijn bakje yoghurt-cruesli heeft dan een ietwat muffe smaak door de walm van knoflook die zich in mijn bakkes bevindt. Maar iedereen weet dat de combinatie van tandpasta/yoghurt ook geen favoriet is, dus geef ik toch de voorkeur aan zuivel met een uisoort i.p.v. zuivel met een fluorescerende gel met mentholsmaak.

De olijven zijn op voordat de klok überhaupt vijf slaat en zo nuttig ik mijn wijntje dan wel biertje regelmatig zonder een zoutje erbij. Op een dergelijk moment voel ik mij zeer spijtig over het feit dat ik ‘sterk’ ben geweest in de supermarkt door die zak chips in het schap te laten liggen, terwijl ik weliswaar met honger door de gangpaden liep. Heel knap van mij maar later op de dag knap klote omdat ik het borrelen nu met geen mogelijkheid meer als compleet zou kunnen ervaren.

God, wat heb ik nu zin in een zakje uiringen. En augurken met chocopasta en speculaas met een klodder pesto en doorgekookte en flink gezoute spinazie met een dikke berg jam erbij! 

maandag, oktober 24, 2011

Brilletje

Geen idee wat er nu gaat komen. Op de korte termijn waarschijnlijk niets. De klok tikt verder en ik doe nog een was in de wasmachine die ik een paar uur later vergeten ben. Ik haal de kleren rottend uit de trommel en vraag me af of zij ooit nog ‘bloemenfris’ zullen ruiken.

Gebruik ik mijn spieren normaal? Gebruik ik mijn woorden efficiënt? Of kan ik mijn zinnen inkorten en daardoor mijn tijd nuttiger indelen? Een verhaal minder uitgebreid vertellen en de gewonnen minuten gebruiken voor het bakken van een taart. Of iets anders nuttigs. Zoals een taart bakken maar die dan geven aan een ziek familielied. Een puntje gebak als medicijn.

Mijn klok is stoffig en mijn biologische klok is nog niet geactiveerd. Daar zal pap blij mee zijn want die voelt zich nog veel te jong om opa te worden. Zijn gevoelsleeftijd is jong en die van mij wordt ouder en ouder maar ik zit nog steeds op een studentenkamer en deel mijn badkamer met een ander. Mijn wasmachine is niet mijn wasmachine maar die van nog vijf anderen.

Wie weet wat er komen zal. Misschien worden mijn oren flaporen en begin ik een stripclub. Niet om zelf aan een paal te hangen maar om gewoon goed geld te verdienen. Misschien ontwikkel ik plotseling een talent in het fokken van konijnen. Ik kan de juiste oren bij elkaar vinden en ik produceer prachtige gemêleerde hangoren. Ik kweek mijn eigen wortelen zodat ik geen kosten heb aan voeding voor de eeuwig neukende konijnen en van de overgebleven peentjes bak ik zelf overheerlijke worteltjestaarten voor mijn familie en vrienden.

Zelf eet ik wortel in alle vormen. Het oranje goud. Zodat ik dan misschien kan zien wat de Heer voor mij in petto heeft. Ik weet in ieder geval van een online test dat ik 88.3 jaar oud word, dus beter kom je met iets goeds, ouwe!

woensdag, oktober 19, 2011

Suikers

Je doet je jas aan en zegt hoi. Nee. Hier klopt iets niet. Je zegt je jas aan en doet hoi. Ja, zo ging het. Je zegt je jas aan en doet hoi tegen mij. Alsof het niets is doe je hoi tegen mij.

Ik draai nog een cd’tje in mijn cd-speler. Nee, ik speel nog een cd'tje in mijn cd-draaier en ik eet een brok speculaas. Mijn thee slurp ik weg en ik herinner mij een oud spel. Een spel dat ik speelde toen ik jonger was en jij jonger was en iedereen jonger was, behalve mijn opa. Want die was toen al oud, als enige. Of was hij toen al overleden?

Pis ik naast de pot? Of pis jij naast de pot? Pissen we er samen geheel naast of alleen degene die van niets weet? Ik weet van niets, ik eet gewoon mijn speculaas. Maar, jij lijkt ook niet veel te weten, dus, misschien zou je een stukje speculaas van mij aan moeten nemen en ervan moeten genieten zonder zorgen. Het zijn slechts zotte zorgen, zoals dat toneelstuk heette waar ik laatst heen was zonder jou. Zonder zorgen zonder jou, was ik daar. En nu weer, dus er is niet veel verschil dus het is geen punt.

Ik eet dat koekje wel alleen op. En als-ie op is, bak ik er nog veel meer. Mmm, koekje.

dinsdag, oktober 18, 2011

Eerste klas

“Vrolijkheid kent geen tijd!” Joelde de baliemedewerkster toen ik nog geen twee uur geleden de sportschool inliep, blijkbaar met een redelijk verlopen uitstraling. Ik zette een operastem op en joelde (geprobeerd) opgewerkt terug. ‘’Hal-loo!”

Op dit moment was ik het uiteraard niet met haar overenthousiaste uitspraak eens en ik ben ervan overtuigd dat een groot deel van mijn kameraden zich hier ook niet met volle overtuiging achter zou scharen. Ik voelde mij op dat tijdstip niet bepaald vrolijk. En andere tijden, waarop ik mij ook niet al te best had gevoeld, stonden nog op mijn geheugen gegrift.

Jawel! Vrolijkheid kent wel tijd! Niet in de ochtend, de middag of in de avond, maar, wat mij betreft, in comfort. Comfort in de dag. Hoe comfortabel voel je, je vandaag, in deze dag? Koffie draagt hier niets aan bij dat het vermelden waard is.

Dus tegenwoordig lees ik mezelf interessanter en doe ik aan mindmapping. Ik weet nog niet precies wat het is maar ik begin zo in een boek erover. Ik eet pinda’s voor gezonde voedingsstoffen en was mijn haar met shampoo, waarbij het etiket volstaat met leugens. Ik hou mezelf voor dat ik het niet geloof en dat ik het in mijn mandje stop omdat het gewoon zo lekker ruikt. In werkelijkheid geloof ik alles en ik geloof snel in dingen, ook dat het mijn haar voller en krachtiger zal maken, maar soms vergeet ik dat ik niet alles moet geloven wat er is en weer even mijn bril moet opzetten. Maar die zit dan weer niet zo comfortabel. Flauw.

Vrolijkheid komt voort uit ‘comfort'. Ut 'kom vor' uit 'comfort'. De tip van de dag is dan ook; retteketet, naar beter bed! 

‘reutukuteut naar beuter beud’ 

(wie tegen het einde aan, of bij de laatste zin, moest glimlachen, is (nu) vrolijk. Gefeliciteerd, pik! Gefeliciteerd!)

donderdag, oktober 13, 2011

Ooft

Een appel is geen peer en een peer is geen appel. Dus je kunt appels niet met peren vergelijken. Dat is zo klaar als een klontje.

Maar er zijn wel appels die neigen naar een peer en peren die neigen naar een appel. Qua vorm of qua kleur. Misschien qua smaak. Soms zijn ze bijna niet te onderscheiden als je ze tegenkomt op straat. Dus naar mijn mening mag een appel soms best een peer zijn of een peer een appel of een beetje iets er tussenin. Als dat het makkelijker maakt voor je.

Mandarijnen en sinaasappels echter, zijn een compleet ander verhaal. Deze zijn met geen mogelijkheid met elkaar te vergelijken. In ieder opzicht anders. Volslagen, volkomen anders.

Je zult mij dan ook nooit een mandarijn met een sinaasappel zien vergelijken, laat staan überhaupt op het idee komen.

Zwart en wit is ook niet te vergelijken. Maar dat stop ik gewoon samen in één en daar wordt het mooi grijs van. Net als de laatste appel die al iets te lang in mijn fruitschaal ligt. 

woensdag, oktober 12, 2011

F*cking wijnbal

Ik kan heel slecht boos worden. Dat weet ik van mezelf. Ik word wel boos, maar ik doe er dan niets mee. Ik wuif het weg. Met een handje. Het liefste doe ik dat met zo’n blubberrubber plakhandje van de kermis. Ik wuif het weg met een blubberhandje en ik maak er een grapje over.

Ik houd niet van de kermis maar stiekem wil ik er heel graag nog een keer heen. Maar dan zonder de muziek die zo hard staat dat je geen fatsoenlijk gesprek kan voeren. Eigenlijk moet je ook geen fatsoenlijk gesprek voeren in de kermis. Moet je niet willen ook. Als je dat voor ogen hebt, dan is je timing niet helemaal correct. Op de kermis moet je een suikerspin halen en in de spin, in het spookhuis en daarna nog naar de snoepkraam om zo’n wijnbal te halen waar je de rest van de week aan sabbelt om hem op te krijgen, waarbij je keer op keer herinnerd wordt aan die mooie, zwoele zomeravond op de kermis. Filmisch he?!

Maar op de korte termijn belooft het een strenge winter te worden. Zo een waarbij je, je boosheid maar beter niet kan opkroppen want dan belooft het helemaal een straffe boel te worden en de kermis komt voorlopig ook niet. Pas volgend jaar weer, als je geluk hebt. Als je dan nog gezond bent. Als je dan nog zelfstandig kan lopen. Als je dan nog leeft.

Dus ik heb besloten het komende seizoen het gewoon bekend te maken, als ik kook van binnen. Daarnaast doe ik ook aan kick-fun om jullie enig leed te besparen.

donderdag, oktober 06, 2011

Variété

Ik ben verliefd op een jongetje van de BSO. Hij is vier en hij heeft maar één oor.

Vandaag was hij voor het eerst. Alle kinderen staarden naar hem en vroegen hem: ‘waarom?’. Hij had er geen boodschap aan.

De muziek ging aan en vanaf dat moment was het podium zijn plek. Hij sprong en danste en bleek totaal niet ritmisch te zijn of er enig gevoel voor te hebben, maar daar had hij geen boodschap aan. Hij was op sokken en hij gleed meermalen uit, maar daar had hij geen boodschap aan. 

Binnen enkele minuten zat een groot deel van de aanwezige kinderen die dag, met open mond te kijken naar het mannetje dat heen en weer stuiterde over het podium en met grote ogen luisterde naar de klanken uit de cd speler. Een enkeling ging mee in zijn enthousiasme en deed voorzichtig mee. Dan pakte hij hun handje vast.

Als hij te hard sprong of stampte, sloeg het krakkemikkige apparaat een paar telen over en verwachtingsvol keek hij mij dan aan, om vervolgens breeduit te lachen als de muziek weer begon te lopen.

Ik heb nog nooit zo’n karakteristiek jochie gezien, al zo jong, die zoveel plezier heeft in het leven. Hij is mijn nieuwe grote inspiratiebron en held. En toevallig heeft hij maar één oor.