woensdag, oktober 19, 2011

Suikers

Je doet je jas aan en zegt hoi. Nee. Hier klopt iets niet. Je zegt je jas aan en doet hoi. Ja, zo ging het. Je zegt je jas aan en doet hoi tegen mij. Alsof het niets is doe je hoi tegen mij.

Ik draai nog een cd’tje in mijn cd-speler. Nee, ik speel nog een cd'tje in mijn cd-draaier en ik eet een brok speculaas. Mijn thee slurp ik weg en ik herinner mij een oud spel. Een spel dat ik speelde toen ik jonger was en jij jonger was en iedereen jonger was, behalve mijn opa. Want die was toen al oud, als enige. Of was hij toen al overleden?

Pis ik naast de pot? Of pis jij naast de pot? Pissen we er samen geheel naast of alleen degene die van niets weet? Ik weet van niets, ik eet gewoon mijn speculaas. Maar, jij lijkt ook niet veel te weten, dus, misschien zou je een stukje speculaas van mij aan moeten nemen en ervan moeten genieten zonder zorgen. Het zijn slechts zotte zorgen, zoals dat toneelstuk heette waar ik laatst heen was zonder jou. Zonder zorgen zonder jou, was ik daar. En nu weer, dus er is niet veel verschil dus het is geen punt.

Ik eet dat koekje wel alleen op. En als-ie op is, bak ik er nog veel meer. Mmm, koekje.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten