woensdag, januari 29, 2014

Kakelbont

Ik wou dat ik een villa had vol met vrienden van alle leeftijden. Zodat ik voor ieder stadium in mijn leven alvast een beste vriend had en ik me geen zorgde hoefde te maken over of we elkaar wel of niet begrepen. Natuurlijkerwijs zou ik met deze vrienden meegroeien en de vrienden in het huis met mij en soms zouden we elkaar zat zijn en soms juist helemaal niet, zoals in het echt, toch?

In de tuin zou dan mijn beste vriend van nu liggen. In het gras, op zijn of haar rug, kauwend op een grassprietje en met een koud biertje in de hand of, mocht dit verhaal plaats vinden in de winter; in de tuin, met zijn of haar handen in de sneeuw om een grote bal te draaien, wat dan de romp van de sneeuwpop moet voorstellen. Die we samen maken, want ik neem de winterpeen en de hoed en de sjaal van de sneeuwpop mee. We noemen hem Cornelis. En de jaren daarna ook.

In de badkamer zal mijn beste vriend van mijn vorige generatie zijn, starend naar zichzelf in de spiegel en in de slaapkamer mijn vriend van de middelbare school want een puber moet gemiddeld langer slapen dan een volwassene, aangezien er veel meer nieuwe dingen te verwerken zijn. In de woonkamer ligt al het speelgoed van mijn vriend van toen ik jonger was. Al ons favoriete speelgoed ligt daar door de hele kamer zodat ik en mijn vriend van vroeger ons niet hoeven te vervelen in de grote villa.

De zolder van de villa is de kamer van mijn nieuwe, toekomstige vrienden, als ik daar nog niet te oud voor ben. Als ik tegen die tijd nog de trap op kan komen. De zolder is nu ook nog leeg. Een beetje spookachtig en donker met een laagje stof op de vensterbank en er staat een oude, houten kist met een moeilijk open te krijgen slot en als ik het slot dan gesmeerd heb met olie, dat ik krijg van een vriend van nu, dan gaat het open en dan springen er allemaal dingen uit. In mijn gezicht.


Kleuren en muziek en woorden en kikkers en kippen en chocola en angsten en Het verhaal van vrienden, een nog te schrijven boek. Een boek met romantische woorden en een harde kaft. 

zondag, januari 26, 2014

Romcom

Ik wil als clown verder door het leven. Ik wil als weet ik wat. Ik wil als kostuum. Ik wil een pruik en een lampje dat langs mijn wang strijkt en schmink en bovenop de pruik nog een hoed en daaroverheen een sluier om nog meer te kunnen verdoezelen dat de pruik niet mijn echt haar is en om te doen alsof van wel. En dan wil ik staan onder een lantaarnpaal, maar dan net ervoor, zodat het licht eigenlijk van achter komt en je alleen mijn silhouet zit. Een silhouet van lange benen met een slank taille, perfecte borsten en dan daarop een grote rode afro-pruik met nog een hoed erop en een bloem in die hoed. Dat je eigenlijk een beetje moet lachen als dit bovenste gedeelte in beeld komt.

En dat ik dan een aanzet tot dansen doe als de hoofdpersoon mij heeft gezien. Hij ziet mij staan onder die lamp in de verte en denkt misschien wel wat een gedrocht, maar als hij zijn ogen dichtknijpt blijk ik bloedmooi te zijn onder die sluier en die bloem en die hoed en die pruik en in de tweede scène draag ik ook een tutu, zo eentje die in slow motion op en neergaat als ik een hupsje maak, bijna net zo mooi als een professionele balletdanseres.


Ik breng mijn armen sierlijk boven mijn hoofd en tik per ongeluk de hoed van mijn hoofd. Precies op het moment dat de hunk van de film op mij af loopt. Misschien wel om me hartstochtelijk te zoenen of me ten huwelijk te vragen en te zeggen dat hij nooit meer van mijn zijde wil maar we zullen het nooit te weten komen want de draaidag zit er weer op en de volgende is nog niet gepland want er zijn nog geen spelers gevonden voor enkele rollen in deze kaskraker. 

woensdag, januari 22, 2014

Zoveelste zintuig


Afstand. Gehoorproblemen. Zei ik dat hardop? Een grote afstand tussen A en B, tussen denken en ondernemen. Een gapend gat tussen willen en hebben. Gewoon vragen. Gewoon doen. Duidelijk zijn in wat je wilt, wordt altijd aangeraden. Beter eerlijk en misschien een tikkeltje hard dan vaag en onaantrekkelijk dus ja, zeg het maar, waag die kans.

Afstand nemen. Een apparaat kiezen om mee te werken. Een systeem, een gangbare manier van werken, een haalbare manier van doen voor jou. Maar dan wel zonder dat het averechts werkt bij de ander. Bij mij.

Wel of niet zeggen? Wel of niet willen horen. Oost-Indisch doof of echt niet begrijpen wat er gezegd word. Wat er gezegd wordt in handelen. Wat er gezegd wordt in woorden die eigenlijk meer flarden zijn van gedachtes dan volzinnen dus nee, ik kan er niets van maken en ik wil het niet. Dat gapende gat dichten en zonder twijfel de juiste dingen willen en denken en zeggen en doen en vooral niet meer laten. En vooral ook in de toekomst nooit meer twijfelen over zoiets stoms en jezelf niet verstoppen in je handen want andere zintuigen pikken wel op wat er gaande is.

Ik ben heel voeg wakker en schrijf een boek. Over jou en mij en over mij en anderen en jij leest het gretig en dan begrijp je het pas, dan begrijp je pas echt waar ik voor sta en wat ik altijd al probeerde te formuleren maar het kwam eruit als woordenpoep en het siert me niet. Help me maar, snel, want ik heb behoefte aan frisse lucht en bakken zonlicht en misschien een spuitbus luchtverfrisser om mee te beginnen.

donderdag, januari 16, 2014

Dooddoeners en eierdooiers

Een kwast, een potlood, een plakbandje hier en daar. Een glimlach, spontaniteit. Een kleur, een samenwerking, lijm te veel misschien. Her en der een verwilderde poging.

Samen rollen, denken, lachen. Eerst van binnen, dan naar buiten. Eerst voor ons, dan voor jullie. Een idee uitwerken tot een betere uitvoering dan ooit te voren en nog even kniezen en overdenken en een kop koffie tussendoor, ach wat, een biertje, en misschien wel vijf of zes. Alles op alles zetten om verder te kniezen en te dromen en verwilderen en soezen en schaterlachen.

Knippen, plakken. Knippen en dan plakken. Aan elkaar plakken met een grap en daarna weer in tweeën knippen.  Het liefst in nog meer stukjes voor nog meer mensen die er bij willen zijn en mee willen doen met knippen en plakken of in omgekeerde volgorde. Iedereen mag meedoen. Eerst worden wij van binnen slimmer, gekker, intelligenter. Scherpzinniger ook. Dan brengen we het pas naar buiten om met jullie te delen dat we daadwerkelijk slimmer zijn geworden. Gekker, intelligenter en voornamelijk scherpzinniger dan voorheen. Dat we groot groeien met kleine stapjes.

De kwast, het potlood, een plakbandje hier en daar en een spontane glimlach. Een kleur, meerdere kleuren, een samenwerking. Een kop koffie dat tot mooie praat heeft geleid en een lang proces dat tot een mooi product heeft geleid. Een doek dat leeg was, verbouwd in ons atelier in een donkere hoek ergens in een mooie wereld. Niet alleen beschilderd maar ook gespannen en de moeite waard om naar te kijken en te beseffen onder welke omstandigheden dit alles plaatsvond godverdomme en wat het gebracht heeft potverdriedubbeltjes, ik vraag je; waarom niet? Waarom niet delen wat eraan vooraf ging? Lachen, lanterfanten, leren lopen en logischerwijs in de problemen komen en dan


laten zien.

maandag, januari 13, 2014

Nou en

Op een ochtend werd ik wakker en kon ik niets meer zien. Mijn zicht was zwart. Ik zag geen hand voor ogen. Geen licht, geen kleur, niets. Ik kon door het bos de bomen niet meer zien. Ik zocht mijn weg naar het toilet op de tast, want ook al mag je dan plotselings niets meer kunnen zien, een plas in de ochtend zal altijd blijven. Uit gewoonte drukte ik het licht aan voor ik ging zitten, maar besefte al snel dat in het donker plassen net zo makkelijk was. Ik raakte pas gefrustreerd toen ik de wc-hendel niet kon vinden en per ongeluk de luchtverfrisser op de grond tikte wat een luid kabaal maakte.

In mijn kamer keek ik uit het raam maar het maakte eigenlijk geen verschil. Ik kon niet meer zien wat buiten was en wat binnen. Ik kon niet meer zien wat er was. Ik kon niet zien wat er gebeurd was en hoe alles zo gekomen was en ik kon niet zien wat de toekomst voor mij in petto had.

Ik bedacht me dat vandaag een geschikte dag was voor mijn favoriete spijkerbroek en mijn gelukstrui. De trui had ik binnen een paar seconden gevonden maar ik kwam er achter dat ik meer spijkerbroeken had dan ik dacht. Ik hoopte dat ik in ieder geval een lichte spijkerbroek had aangetrokken om de wereld te laten zien dat ik nog best optimistisch was over wat er komen ging, ook al had ik geen idee. Ik kon niet zo ver kijken. Ik moest dag bij dag leven, uur bij uur. Handeling voor handeling.

Ik drukte op mijn oogbol met mijn wijsvinger om hem wakker te schudden maar het werd er niet beter op. Nu zag ik een irritant stroompje licht in mijn rechter oog, dat diagonaal mijn zicht belemmerde. Ik pakte een stoel die ik nauwkeurig voor mijn hoge kast zette en reikte naar boven. Ik voelde in een tas met stoffige zonnebrillen en pakte er één uit, in de hoop dat het er een was die nog in de mode was.

Ik bedacht me dat het niet uitmaakte of de zonnebril stoffig was of niet. Ik kon toch niets zien.


Ik zette de zonnebril op, deed mijn jas aan en zette een stap buiten de deur. Ik hoopte maar dat er geen hond op de stoep had gepoept voor mijn deur. Fluitend vervolgde ik mijn weg.

donderdag, januari 02, 2014

Richtsnoer

En dan maken we de balans op. Niet per sé omdat het nodig is, maar omdat dat is wat je doet aan het begin van het volgende jaar. Eigenlijk aan het eind van het vorige jaar, maar daar ben ik te laat voor. Je maakt dan een overzicht van hoe het er nu voor staat en je zult niet kunnen ontkomen aan het visualiseren van een groots plan, waar je je in het nieuwe jaar op zal gaan storten.

Grootse plannen maken grote valkuilen. Middelmatige plannen maken iets kleinere. Kleine plannen maken grootse stappen en grotere afstanden en een klein risico om alsnog op je bek te gaan.

Mijn generatie kan niet anders dan groots. Wij willen immers alles en we kunnen ook alles kiezen. Daarbij hebben wij namelijk het recht openlijk te zijn over een depressie of andere aandoening die voort komt uit het mislukken van grootse plannen en we kunnen dan zeggen ‘ik heb het in ieder geval geprobeerd’. Niemand kijkt daar van op.

Ik heb het in ieder geval geprobeerd, om kleinere plannen te maken. Maar dat zit gewoon niet in mijn karakter. Dan ga ik mij vervelen als een kat met een dag vrij want aan een bezoek aan de kattenbak en een uiltje knappen hebben ik, en mijn karakter, gewoonlijk niet genoeg. In een jaar kun je veel doen en dat zal ik dan ook doen en als je slim bent, vaar je met me mee want doorgaans heb ik ook nog wat energie over om aan een ander te geven.  Ik doe het misschien dan wel niet allemaal goed, maar ik doe het wel allemaal HAHA. Stiekem is het doen van zoveel verschillende dingen gewoon een onderpand voor als blijkt dat ik ergens ruk in blijk te zijn. Dan kan ik het altijd nog over een andere boeg gooien HAHAHA


Een nieuw jaar maakt nieuwe plannen en één van mijn plannen is om niet te veel plannen meer bij te maken, bovenop de plannen die ik al had, want dan word ik wel gek. Maar één nieuw plan, dat ik voor mijzelf een ‘subplan’ heb genoemd, is om de focus te leggen op één plan, naast alle andere plannen die ik maak. Focus (voor nu). Hoofdzaak (voor nu). Doelwit (voor nu). Dat is een goed plan voor nu. Dat wordt een goed jaar.