Ik droom ervan een hut te bouwen. Van hout en takken en
plastic en modder en bladeren en dan afgemaakt met een bloemenkransje en een
bordje voor de deur met ‘KOM MAAR BINNEN’.
Buiten is het koud en herfstig maar binnen is het dan warm
en er is thee. Iedereen mag naar binnen en bijvoorbeeld zijn eigen koekjes
meenemen of taart. En dan ga ik voorlezen uit leuke boeken. Leuk is subjectief,
dat weet ik, maar ik zal een poging doen een boek te kiezen dat heel veel
mensen leuk vinden. Zorg wel dat je een warme trui mee hebt, want sommige
kieren zijn niet goed gedicht dus het kan een beetje tochten in mijn hut.
Mijn hut heeft best wat bloed, zweet en tranen gekost of
eigenlijk zweet en sjouwen en splinters en schrammen, maar nu dat hij staat is
het een volwaardige plek om even tot rust te komen. In het binnenste van het
bos, vind je het binnenste van jouw zijn maar daar hoef je met helemaal niemand
over te praten, hoor, want het enige wat we doen is elkaar verhalen voorlezen
en verhalen verzinnen en verhalen vertellen en als we zin hebben, maken we met
z’n allen nog een tweede verdieping op mijn hut.
En als we de derde verdieping maken dan hebben we samen al
heel veel meegemaakt en hebben de spijkers en schroeven en planken en touwen
een fundament gelegd en dan kan die hut wel weer afgebroken worden of verbouwd
worden, maar dan zit die hut nog steeds in ons hoofd. De inrichting ervan en
waar je je voet precies moet zetten om niet je hoofd te stoten en welke kleur
groen de boom afgaf aan je broekspijp.
De vierde verdieping is dan de serieuze verdieping en in dit
stadium is er niets van de hut meer over maar we weten nog precies zijn geur. En
we weten nog precies hoe hij naar ons straalde in de zon. En we weten nog wat
het idee was van een hut bouwen. En waarom we het deden. En we weten nog tot in
details hoe het moet, een hut bouwen. En we willen het steeds opnieuw, een hut
bouwen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten