Zwijg! Jij honderdkoppige, vuurspuwende Tyfoon! Of ik zal u uitdagen
tot een moordende strijd en uw goddelijk zaad afnemen! De ganse aarde zal
drinken uit de uier van de hemelse geit en in dwaze vermetelheid achterblijven.
Een arend zal dagelijks uw lever wegvreten en ook al zal deze dagelijks weer
aangroeien, u zult nooit en te nimmer terug kunnen keren in uw oude fortuin!
Beter hou je je mond, gore klootzak, want ik bijt je pikkie
eraf! Je zou misschien nog net kunnen lopen en elke dag een stapje verder komen
in de revalidatie maar ik durf te zweren, moederneuker, dat je, je oude imago
geheid zal verliezen en deze nooit meer zal kunnen opbouwen, al duurt het
honderd jaar! Zo lang zul je niet eens leven, met die rotkop van jou.
Lieve, lieve meneer. Ik vind het geheel niet prettig als u
zo tegen mij spreekt. U praat met vuile woorden en daar ben ik niet van
gediend. Bovendien staat dit overhemd u geheel niet en u kunt beter naar de
winkel gaan voor een push-up boxer want wat u daar beneden verbergt stelt
volslagen niets voor. Pas maar op, anders geef ik u nog een knietje in de noten
en ik kan u verzekeren dat u dat niet prettig zult gaan vinden. Ik denk dat het
verstandig is als u voortaan uw mond houdt en mij in mijn waarde laat.
Lieverd, het doet mij verdriet als je zo tegen me praat. Ik
zou niet willen dat ik je kwets dus liever zeg ik niks. Maar in stilte verga ik
van de pijn en wordt ik verscheurd tussen twee werelden. Als je het uitmaakt,
dat zou mij kwetsen maar mocht het zo geschiedden, vraag ik je een ding; geef
mij een ding. Geef mij slechts één ding, ondanks jouw vertrek, ik wil jouw
kinderen! Geef mij wat van jouw goddelijk zaad en alle kinders van de ganse
aarde zullen drinken uit mijn uiers en niet meer weten waar ze het moeten
zoeken. Zo in extase dat ze niet meer weten waar ze het moeten zoeken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten