dinsdag, februari 19, 2013

Metropolis plastique


Het zijn net mensen, jij en ik. Die proberen er wat van te maken. Zoals je als kind keihard je best doet om zonder zijwieltjes te kunnen fietsen en elke dag oefent met het strikken van je veters. Of misschien is het niet jij en ik. Misschien is het jij. En ik. En is er geen jij en ik in één zin.

Wat je wilt kun je zelf maken, toch? Met een goede doos met blokken kom je een heel eind. Lego of Knex doen het ook goed als het gaat om bouwen. Of is bouwen iets anders dan maken? Is bouwen een verfijning van maken? Bouwen om iets te kunnen maken. Ieder Lego blokje stuk voor stuk situeren op het platform. Een huis bouwen met een plastic deur en één raam, want meer ramen kan je niet vinden in die gigantische bak met speelgoed. Onderweg vind je dat witte helmpje wat je al eerder zocht en twee paar exact dezelfde lichten voor de auto die je later in elkaar zult flansen, maar een tweede raam in het formaat dat je al hebt staan, is in geen velde of wegen te bekennen.

Je handen doen pijn van het graaien door de hard plastic-brokjes. Een geel handje in de vorm van een maan, prikt in de bal van je hand en een hoofd met stoppels staart je aan als je hem met luid lawaai bedelft onder de rood en blauwe bakstenen.

En die politieman schreeuwt dat hij in jouw huis wil wonen en die piraat ligt daar niet voor niets in een hoekje, die ligt daar om opgemerkt te worden. Door jou. Door mij.

Het zijn net mensen. Die houterige poppetjes met grijpgrage en enthousiaste handjes en vrolijke, glanzende, gele hoofdjes met een grote denkknobbel bovenop op hun hoofd. Knokkige knietjes en vierkante lijfjes met kleding in kleurtjes waaraan ik af kan lezen wie of wat ze zijn en wat ze met de dag gaan doen. Vrolijke, glanzende, gele hoofdjes met een grote denkknobbel bovenop hun hoofd. Zouden die knobbeltjes volgestopt zijn met mij en jou?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten