zaterdag, maart 09, 2013

In een krant op de stoep leggen en dan aansteken en dan aanbellen en wegwezen


Ineens weer zo een dag dat je besluit: ik ga het vanaf nu anders doen. Ik ga het vanaf nu anders aanpakken. Want ik wil het. En als ik het wil, dan kan het. Je bent realistisch genoeg om te weten dat het uiteraard niet ineens zo drastisch anders kan, maar je weet ook dat als je er niet in gelooft, je helemáál niets kunt bereiken op deze aardbol.

Het leven is helemaal niet kort en snel voorbij, de weken misschien wel, maar het leven duurt vrij lang kan ik uit eigen ervaring concluderen. Dit is die ene scène uit de film waarin alle personages in het verhaal één voor één in beeld zijn en hun verleden en heden overdenken en zich beseffen wat ik zojuist heb gezegd.

Misschien is er nog een voice-over van een van de hoofdpersonages die het zelfs hardop zegt. De één eindigt in de film misschien op een minder goede positie dan de andere; die mooie vrouw kijkt naar haar man terwijl ze weet dat hij vreemdgaat maar ze zegt hem nog niets en glimlacht in slow motion naar hem, het kind ligt met open ogen in bed terwijl er op de achtergrond geluiden klinken van huiselijk geweld en die ene blikkenwisseling tussen die twee mooie, jonge mensen bloeit aan het eind uit tot iets moois en ze besluiten samen om ervoor te gaan, maar allen weten zij dat het waar is.

Het leven is lang. En het leven is soms zwaar, als een goede oneliner in de film. Het leven is soms zwaar, als het kauwen op een mondvol droge ontbijtkoek. De smaak is goed en dat beetje boter zorgt ervoor dat alles samenkomt maar de kaakbeweging die je opeenvolgend moet maken om die klont weg te krijgen en vloeiend door je keel te laten sijpelen is geheel niet prettig. Soms zou je liever willen ontbijten met een banaan die je zonder gedoe naar binnen kan schuiven of een rottige periode door met een handjevol rozijntjes om op te sabbelen, net als toen je klein was en in de buggy zat.

Ik wil nooit meer ontbijtkoek. Ik wil lurken aan dat bruine krentje tussen mijn vingers totdat ik niet meer weet of ik het rozijntje eet of mijn vingers. Ik wil lurken aan het leven, gemakkelijk en soepel, niet knagen en af en toe moeten happen naar adem. Vanaf nu ga ik het anders doen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten